In 1890 werd in Vierverlaten in de provincie Groningen een tjalkscheepje van ongeveer 20 meter lang en 4,5 meter breed te water gelaten. Het scheepje werd Petronella genoemd en was bestemd voor de beroepsvaart; vervoer van zand, grind en aardappelen. De schipper woonde met zijn vrouw en kinderen aan boord van de Petronella, in het achteronder op een oppervlakte van ongeveer 16 m2. Er zijn in die tijd zelfs kinderen aan boord van de Petronella geboren.
In 1917 werd de Petronella verkocht aan Sietze Altena. De naam werd veranderd in De Jonge Pieter. De Jonge Pieter voer vooral van Friesland naar Amsterdam en Rotterdam. Het was geen makkelijke tijd voor de beurtvaart. Schipper Altena ontving ongeveer 3 gulden per last, in totaal zo'n 90 gulden voor een tocht van vier dagen.
Begin 1930 brak in een zware storm op het IJsselmeer de mast van de Jonge Pieter. Er stond toen al een hulpmotor in het schip en hierdoor kwam ze behouden in de haven aan. De zeilvaart liep al ten einde en besloten werd geen nieuwe mast meer plaatsen. In plaats daarvan werd De Jonge Pieter uitgerust met een krachtige Kromhout motor en een nieuwe stuurhut. Sindsdien is er met het schip niet meer gezeild.
In 1954 veranderde het scheepje opnieuw van eigenaar. De naam werd Avontuur. De nieuwe schipper, Van der Vlist, liet het schip flink verbouwen. Er werd een nieuwe roef op gezet, het ruim werd verhoogd en het schip werd ongeveer 5 meter langer gemaakt. Ook ging het schip een nieuw vaargebied bevaren, van Amsterdam naar Bazel (Zwitserland).
In 1964 vond Schipper Van der Vlist het schip te klein om er nog genoeg geld mee te verdienen. Hij verkocht de Avontuur aan een sloper in Rotterdam.